Genootschap voor Geschiedenis

Nieuws - Agenda

Jaarvergadering op 9 december 202311 | 11 | 2023

Op zaterdag 9 december 2023 vindt om 15.00 uur de jaarvergadering van het Genootschap plaats in het Stadsarchief, Burg 11a, Brugge.

 

Na een verwelkoming door voorzitter Paul Trio stelt Hannelore Franck de nieuwste editie van de Handelingen voor, gevolgd door Mathijs Speecke die een toelichting geeft bij het nieuwe Repertorium van de hogere heerlijkheden van het graafschap Vlaanderen (c. 1360 - c. 1570).

 

Vervolgens geeft historicus Seppe Roose (UGent) een lezing ‘In de ban van de natie? Lokale en (sub)nationale identificatie in het West-Vlaamse volkslied’. De bijeenkomst wordt afgesloten met een receptie.

 

Alle belangstellenden zijn welkom. De toegang is gratis, ook voor niet-leden. Na de jaarvergadering is er gelegenheid om de publicaties van het Genootschap in te kijken en aan te kopen. Leden die in orde zijn met hun lidmaatschapsbijdrage genieten een ledenkorting bij de aankoop van boeken.

 

Het volledige programma vindt u via de onderstaande link.

Lees meer

Dag van het West-Vlaamse onderzoek13 | 07 | 2023

Op zaterdag 7 oktober organiseert het Genootschap, samen met Tijdschrift Biekorf, Leiegouw, Heemkunde West-Vlaanderen en Histories de eerste Dag van het West-Vlaamse onderzoek: Geschiedenis – Kunstwetenschappen – Archeologie.

 

Op deze dag maak je kennis met recent onderzoek, zowel door academici als heemkundigen, in de geschiedenis, kunstwetenschappen en archeologie van West-Vlaanderen. De sprekers brengen korte lezingen, met concrete voorbeelden, en geven toelichting bij de gebruikte methodologie. Ook is er een infobeurs waar je verschillende heemkundige kringen kan leren kennen.

 

Deze dag gaat door in Hal A van de KULAK (Etienne Sabbelaan 53, Kortrijk). Inschrijven doe je via deze link.

 

Het inschrijvingsgeld voor deze dag bedraagt 15 euro voor leden van het Genootschap (20 euro voor niet-leden). Tijdens de dag krijg je een broodjeslunch aangeboden door de organisatie. Napraten doen we na afloop bij een drankje.

 

Programma:

 

9u30: Onthaal en infobeurs

10u: Verwelkoming prof. Paul Trio (Genootschap voor Geschiedenis – Kulak)

Keynote: Jan Dumolyn (UGent) – De vele levens van de Bourgondiërs: tussen academie, popularisering, verhaal en canon

 

10u30: Archeologie en Kunstwetenschappen

  • Jan Verheyen (KU Leuven) – Renteboeken in het 15de-eeuwse Brugge: schatkist voor lokale en academische onderzoekers
  • Lennert Lapeere (UGent/Mulenbeca) – Ieper en zijn laatmiddeleeuwse buitenwijken. Wat de integratie van archeologische cartografische en historische bronnen ons kan leren
  • Maarten Larmuseau – MEMOR voor West-Vlamingen: de databank voor menselijke resten uit archeologisch onderzoek vanuit West-Vlaams perspectief

12u: Lunch en infobeurs

13u: Vrijwilligersprojecten en historische databanken

  • Wouter Ryckbosch (VUB) – Van amateurs tot AI: verleden en toekomst van burgerwetenschap
  • Martijn Vandenbroucke (Heemkunde West-Vlaanderen/Leiegouw) – West-Vlaanderen verpoppt: invoer van kadastrale gegevens in een databank door vrijwilligers
  • Peter Heyrman (KADOC) – Het potentieel van de contextuele databank ODIS voor lokaal en regionaal historisch onderzoek in West-Vlaanderen

14u30: Koffiepauze en infobeurs

15u: Historisch onderzoek

  • Emma D’haene (KU Leuven/Leiegouw) – Tussen hemel en aarde. Vroegmoderne kermisvieringen in het graafschap Vlaanderen
  • Laura Nys (UGent) – Liefde, lijden en verzet. Jongeren en gevoelens in het Rijksopvoedingsgsticht van Brugge (1927-1941)
  • Koenraad Vandenbussche (Biekorf) – Onverwachte schatten. De Bundels van het Brugse Vrije en lokaal onderzoek

16u30: Receptie aangeboden door de organisatie

 

Lees meer

De Handelingen in het nieuw01 | 07 | 2023

Het eerste nummer van de jaargang 2023 van de Handelingen is zopas verschenen. Het is een bijzondere editie: de eerste in een gloednieuwe lay-out. Alle leden ontvangen het nummer in de brievenbus. Een abonnement nemen op de lopende jaargang is uiteraard nog steeds mogelijk: lid worden.

 

De nieuwe Handelingen tellen drie peer-reviewed artikels, een korte bijdrage en als vanouds enkele boekbesprekingen en kroniekberichten.

 

Matthijs Degraeve, ''Ongetwijfeld werk van volksbelang!' Overheidsmotieven bij de bouw van het eerste overdekte zwembad in Brugge'

Talrijke historische studies werden reeds gewijd aan de bouw van openbare (zwem)baden in Belgische steden. Tot dusver lag de focus daarbij echter vaak op de industriële grootsteden. Een blik op Brugge laat toe om te vergelijken met een kleinere provinciestad, waar niettemin al in 1930 een eerste overdekt openbaar zwembad werd geopend. Op basis van correspondentie, (gemeenteraads)verslagen en iconografische bronnen wordt in dit artikel bestudeerd welke motieven en discours de stedelijke overheid hanteerde om de publieke investering in openbare (zwem)badinfrastructuur te rechtvaardigen. De focus ligt op de debatten over de financiering, ligging, watervoorziening en het ontwerp van het zwembad. De veranderende plannen geven blijk van de toenemende maar transformerende plichten van de overheid: van voorzien in hygiëne naar voorzien in ontspanning. Hiervan getuigen zowel de voorzieningen in het zwembad, waar men kon zwemmen maar ook nog een individueel ligbad nemen, als het gebruikte discours, waarbij een sociaal-hygiënistisch motief alsmaar vaker moest onderdoen voor het opkomende sportief-recreatieve belang van zwemmen. Het doeltreffend vervullen van beide ambities bleef echter afhankelijk van de voorziening van adequate infrastructuur, wat in deze experimentele periode nog niet voor de hand lag.

 

Jan Verheyen, 'Schilders en hun huizen in het vijftiende-eeuwse Brugge. Atelierlocaties ten tijde van Jan van Eyck en Pieter Cristus (1425-1475)'

Een belangrijk detail in het kunsthistorisch onderzoek van de Vlaamse Primitieven wordt gevormd door de atelierlocaties. Voor verschillende zestiende-eeuwse schilders kent men reeds lang de ligging van hun huizen, maar voor de generaties tussen 1425 en 1475 tastte men nog grotendeels in het duister met uitzondering van de huizen van Jan van Eyck en Hans Memling. Door recent vergelijkend onderzoek van verschillende renteboeken kwamen echter een twintigtal eigendommen van andere schilders aan het licht. Hierdoor tekenen zich duidelijke trends af. De locaties zijn zelden toevallig. Reeds lang voor het begin van de zestiende eeuw blijkt de Sint-Jorisstraat een schilderstraat te zijn en ook Jan van Eyck’s huis in de Gouden-Handstraat is voorafgegaan door eerdere atelierlocaties in dezelfde wijk. Sommige individuele keuzes, zoals bij Pieter Cristus en Pieter Nachtegale, lijken vooral gefocust op de nabijheid van de welstellende, kunstminnende handelaars. Verder werd het duidelijk dat het intra-professionele sociale netwerk, zoals dat onder andere blijkt uit het gedeelde lidmaatschap van broederschappen,  vaak samenhangt met het ruimtelijke netwerk van atelierlocaties. Het overzicht van atelierlocaties dat hier gepresenteerd wordt, is dus veel meer dan een adressenbestand. Het geeft een betekenisvolle bijkomende laag informatie voor het onderzoek van de Eyckiaanse en post-Eyckiaanse schilders in Brugge.

 

Georges Declercq, 'Galbert van Brugge en de charta libertatis van het Sint-Donaaskapittel'

 

Gilbert Tournoy, 'Jan Babtist Blootacker, auteur van de anonieme inscriptie in het album amicorum van de Brugse kannunik Hubert Audejans?'

 

In memoriam Luc Devliegher (1927-2023)14 | 02 | 2023

In de ochtend van dinsdag 7 februari 2023 overleed Luc Devliegher. Luc was ere-voorzitter van het Genootschap. 17 jaar lang, van 1992 tot en met 2009, stond hij als voorzitter aan het hoofd van onze vereniging.

 

Zijn inzet voor het Genootschap reikte veel verder. Hij trad toe tot het bestuur in 1960, het jaar waarin hij als jonge onderzoeker  (wetenschappelijk ambtenaar) aan de slag ging bij het Provinciaal bestuur van West-Vlaanderen. Van 1975 tot 1982 nam hij als redacteur de Handelingen onder zijn hoede, het tijdschrift dat het gezicht vormt van onze vereniging. Ook na zijn terugtreden als voorzitter bleef hij het Genootschap met bijzondere belangstelling volgen.

 

In de Handelingen 2023|1 wordt een ‘in memoriam’ opgenomen, dat uitgebreider zal ingaan op de mens en de wetenschapper Luc Devliegher.

Jaarvergadering op 10 december 202231 | 03 | 2022

Op zaterdag 10 december 2022 vindt om 15.00 uur de jaarvergadering van het Genootschap plaats in het Stadsarchief, Burg 11a, Brugge.

 

Na een verwelkoming door voorzitter Paul Trio stelt Hannelore Franck de nieuwste editie van de Handelingen voor. Vervolgens geeft dr. Jan Trachet (FWO/UGent) een lezing over de schilder en cartograaf Pieter Pourbus. De bijeenkomst wordt afgesloten met een receptie.

 

Alle belangstellenden zijn welkom. De toegang is gratis, ook voor niet-leden. Na de jaarvergadering is er gelegenheid om de publicaties van het Genootschap in te kijken en aan te kopen. Leden die in orde zijn met hun lidmaatschapsbijdrage genieten een ledenkorting bij de aankoop van boeken.

 

 

Lezing door dr. Jan Trachet (FWO/Universiteit Gent)

 

Pieter Pourbus - Cunstwercker in Caerte

In 1561 vroeg het Brugse Vrije, de grootste en rijkste kasselrij van het graafschap Vlaanderen, aan Pieter Pourbus om een kaart te schilderen van zijn hele territorium, inclusief wegen, waterlopen, dorpen en steden. Tien jaar later leverde de schilder-cartograaf zijn magnum opus af.

De “geschilderde kaart van het Brugse Vrije” (1571) bevindt zich op het kruispunt tussen schilderkunst en cartografie en brengt het Brugse havenlandschap aan het einde van de zestiende eeuw op een unieke manier in beeld. Pourbus schilderde de kaart op een schakelpunt in de geschiedenis: net vooraleer de Tachtigjarige Oorlog en later de industrialisering het kustlandschap voorgoed zouden veranderen. Daardoor is de kaart een laatste, waardevolle getuige van het middeleeuwse landschap rondom Brugge. Maar ook door haar combinatie van schaal, afmetingen en details is het schilderij een uniek kunstwerk.

De lezing gaat dieper in op het thema van de tentoonstelling Pieter Pourbus. Master of Maps, die op 1 december 2022 opent in het Groeningemuseum. Daarin staat de geschilderde kaart letterlijk en figuurlijk centraal. Bovendien wordt ook al het andere cartografische werk van de schilder – die vooral bekend is door zijn portretten – in de kijker gezet. Nieuw onderzoek op zijn volledige cartografische oeuvre geeft immers een nieuw en verrassend inzicht in Pourbus zijn cartografische productieproces.

Lees meer